Meest gestelde vragen over CCS (Carbon Capture and Storage)

10-12-2021

Teveel koolstofdioxide (CO₂) in de lucht verandert het klimaat. De klimaatverandering gaat snel en Nederland is voor een groot deel nog afhankelijk van fossiele brandstoffen.

Met name voor de industrie zijn er op korte termijn nog geen goede CO2-vrije alternatieven. En er is geen tijd om te wachten op betere oplossingen. Nederland moet de CO2-uitstoot snel verminderen. Daarom stimuleert het kabinet de CO2-opslag onder de Noordzee. Door de CO2  permanent op te slaan draagt deze niet bij aan klimaatverandering.

Noodzaak van CO2-afvang en opslag

Nederland wil in 2050 een CO2-vrij energiesysteem hebben. Dat is afgesproken in het Klimaatakkoord. Soms is het lastig om een productieproces te vervangen door een CO2-vrij alternatief. 1 van de oplossingen is dan om de CO2 af te vangen en daarna op te slaan. Bijvoorbeeld in lege gasvelden op zee. Dit wordt ook wel CCS (Carbon Capture and Storage) genoemd. De overheid heeft geen plannen voor CO2-opslag onder land. Er is voldoende ruimte onder zee: daar kan ongeveer 1600 megaton opgeslagen worden.

Klik op de onderstaande afbeelding om de video over CO2 opslag in lege gasvelden op zee te bekijken:

Het kabinet stimuleert CO2-afvang en opslag

Het kabinet stimuleert de afvang en opslag van CO2. In 2020 is de regeling Stimulering Duurzame Energieproductie (SDE+) uitgebreid met CCS. De Nederlandse industrie kan via deze regeling financiële ondersteuning krijgen voor CCS-projecten. Een voorbeeld van CO2-opslag is het Porthos project, waarbij CO2 vanuit de Rotterdamse industrie in een leeg gasveld onder de Noordzee zal worden opgeslagen. In 2022 start een volgend project: Aramis.

Met subsidieregelingen stimuleert de overheid niet alleen de opslag van CO2, maar ook de ontwikkeling van projecten waarbij de afgevangen CO2 opnieuw wordt gebruikt. Dit heet Carbon Capture and Utilisation (CCU). Omdat planten voor hun groei CO2 nodig hebben, levert de industrie bijvoorbeeld afgevangen CO2 aan de glastuinbouw. Voorbeelden hiervan zijn:

  • De levering van CO2 van Shell en Alco in Rotterdam aan tuinders in het Westland via de OCAP-pijpleiding. 
  • CO2 van de afvalverbrander van AVR in Duiven die met vrachtauto’s naar de tuinders in Oost-Nederland wordt gebracht.

Porthos

Porthos is het eerste CCS project op zee dat in Nederland van start gaat.
In totaal gaat Porthos ongeveer 37 Mton CO2 opslaan. Dat is zo’n 2,5 Mton CO2 per jaar gedurende 15 jaar. Verschillende bedrijven zijn betrokken bij het afvangen, transporteren en opslaan van de CO2. De CO2 gaat met een pijpleiding vanaf de Maasvlakte onder zeebodem naar een platform op de Noordzee, waar het vervolgens geïnjecteerd wordt in het gasveld.

Risico's van CO2-opslag

CO2 komt van nature voor in de lucht en is niet giftig. In grote hoeveelheden kan het gas gevaarlijk zijn, omdat het door zijn gewicht zuurstof verdringt. Het RIVM heeft in opdracht van het ministerie in kaart gebracht in hoeverre CO2 schadelijk is. De kans dat grote hoeveelheden CO2 ontsnappen uit lege gasvelden is volgens experts heel klein. In deze velden heeft namelijk miljoenen jaren aardgas gezeten, zonder dat het in de lucht kwam. Het risico op lekkage van transportbuizen voor CO2 is vergelijkbaar met een lekkage in een aardgasleiding. Controles maken het risico op lekkage volgens deskundigen heel klein.

Nederland heeft al ervaring met CO2-opslag met het K12-B-project. In dit project wordt CO2 afkomstig uit het K12-B-gasveld op de Noordzee terug opgeslagen in hetzelfde gasveld. TNO voerde dit project uit en heeft zo ervaring en kennis opgedaan met CCS die nu weer ingezet kan worden. 

Vergunningen nodig voor transport en opslag van CO2

Voor transport en opslag van CO2 zijn vergunningen nodig met strenge veiligheidseisen. Deze eisen staan in de Mijnbouwwet. Het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) houdt toezicht op de naleving van de Mijnbouwwet.

Afbeeldingen

X (voorheen Twitter)

Cookie-instellingen